Volgers

maandag 23 mei 2022

Bij de bezuinigingen op het Speciaal Onderwijs

Mijn naam is Kees van den Brink. Op mijn 36ste stapte ik vanuit de horeca in het horeca onderwijs en ben 25 jaar leraar geweest op de T.S. De Boulevard in Arnhem. Toen ik nog maar kort in het onderwijs werkte, las ik dat 80% van de leerlingen na tien jaar een ander beroep uitoefent. Ik heb mijn vak niet als doel gebruikt, maar als middel om leerlingen iets mee te geven waar ze in hun verder leven wat aan zouden hebben. Ik begon in het reguliere onderwijs en ervoer dat leerlingen die niet in het systeem pasten, of vervelend gedrag vertoonden, een etiketje kregen opgeplakt, of van school werden verwijderd. Ik wil u wat vertellen over de haken en ogen en het succes van Speciaal Onderwijs Toen we met een ITO (Individueel Technisch onderwijs) startte, begon ik op aanraden van onze directeur een opleiding Speciaal Onderwijs bij het Seminarium voor Orthopedagogiek. De leukste studie die ik in mijn leven heb gedaan nadat ik zelf op acht verschillende scholen zat en twee keer ben blijven zitten. In mijn tijd had niemand gehoord van remedial teaching! Die studie heeft ervoor gezorgd dat ik een wereldbaan heb gehad. Wij kregen leerlingen uit het MLK, ZMLK, LOM en ZMOK. Ik heb les gegeven aan zeer slechtziende, slechthorende en dyslectische kinderen, kinderen met ADHD en autisme. Een geweldige uitdaging. Het maximale aantal leerlingen was vijftien, maar we waren zo goed toegerust dat het er ook wel eens meer waren. De afdeling groeide als kool, omdat we bij de scholen van bijzonder onderwijs een goede naam kregen. Ik ontwikkelde zelf lesmaterialen, dat uiteindelijk werd uitgegeven door Uitgeverij Thieme. Ik zal u niet vermoeien met de details van het schrijven, maar daar komt echt wat voor kijken. Ik herinner me een moeder, die met tranen in haar ogen vertelde dat haar dyslectische zoon nu eindelijk de tekst goed lezen. Intussen is er een lettertype ontwikkeld speciaal voor dyslectische kinderen. Naast onze ITO afdeling was er ook een reguliere horeca-afdeling. Enkelen van de honderd collega's plakten meteen een etiketje op onze leerlingen. Ze waren alleen maar goed voor de broodfabriek. Via Facebook heb ik contact met veel oud-leerlingen. Eentje heeft een groot cateringbedrijf in Ohio, twee hebben er een horecabedrijf. Een zit in het onroerend goed en vele anderen kunnen hun boterham goed verdienen in of buiten de horeca. Waarmee ik maar wil zeggen dat leerlingen juist omdat ze door het volgen van het Speciaal Onderwijs goed op hun pootjes terecht zijn gekomen. Ons uitgangspunt was: ITO is een andere leerweg. Niet alle kinderen leren op dezelfde manier. Van de week hoorde ik op de radio een mevrouw, die graag haar verstandelijk gehandicapte kind naar een normale school wilde laten gaan, omdat het op die manier het meeste op zou steken. Ik dacht met schrik aan de klas van dertig leerlingen, waar hij terecht zou komen. Voor de klas een juf of meester die een stoomcursus van drie maanden heeft gevolgd om met de grote verscheidenheid van leerproblemen om te gaan. Als dat niet mis gaat, gaat het zeker ten koste van de andere leerlingen. Zo ook een docent uit het Speciaal Onderwijs die les mag geven aan een te grote klas met ZMLK, LOM en MLK kinderen en een burnout dreigt te krijgen. Ik zie hier een herhaling van miskleunen van achtereenvolgende regeringen. Iedere minister moet scoren. Scholen moesten fuseren. We hebben allemaal gezien wat daarvan het resultaat is. Lopen we voorop met gespecialiseerd onderwijs en dan moet het weer bij elkaar. Ondanks alle mooie verhalen die in de media verschenen, zijn leerlingen en docenten hiervan het slachtoffer. Ja natuurlijk zijn er leerlingen waar het wonderwel goed mee gaat, maar met deze ontwikkelingen is de grote meerderheid er niet mee gebaat. Bij het creëren van het probleem worden positieve elementen gezocht, terwijl het alleen om ordinaire bezuinigingen gaat. Ik ben er al zeventien jaar uit en maak me er nog steeds druk over.

Over het huidige onderwijs

Als je zelf een partij zou oprichten, wat is dan het eerste wat geregeld moet worden op het gebied van onderwijs? De bureaucratie in het onderwijs afschaffen. Onderwijs moet gericht zijn op de ontwikkeling van het kind en niet op de prestatiemaatschappij. Kinderen moeten leren als mens iets te zijn, en niet om later iets te worden. Het ministerie van Onderwijs wordt gedecimeerd. Iedereen die een belangrijke functie op het ministerie heeft, heeft tenminste vijf jaar onderwijservaring. Voort moeten ze iedere twee jaar een korte stage lopen in de verschillende onderwijsvormen. “Onder het mom van een rechtstaat heeft zich een bureaucratie ontplooid, die zich niet bewust is van haar verstikkende kracht op de vrijheid, creativiteit en verantwoordelijkheid van de burgers. Bureaucratie is in zijn botte uitvoering verstikkend voor het menselijk welzijn, verstikkend voor de zorg, verstikkend voor het onderwijs, verstikkend voor het ondernemerschap en verstikkend voor bijna alle opbouw en vernieuwing” schreef Paul de Blot 'Men hoede zich voor specialisten en professionele bestuurders. Zij staan niet meer in het werk met de leerlingen. Ze hebben geen voeling meer met de hoofdstroom van de school. Ze zitten achter hun bureau te besturen. Dat kan alleen maar tot bureaucratie leiden, dodelijk voor elke creativiteit.' Rudolf Steiner Het onderwijs is door het neoliberale beleid getransformeerd in een leerfabriek die opleidt tot producteenheden voor de economie, gereedschap voor de maatschappij. Alles wordt gemeten en aan de hand van statistieken worden de resultaten bepaald. Vooral de hersens worden getraind. 'Kennis is beslist heel belangrijk, maar met louter en alleen kennis kun je niemand helpen. Als je ook niet je hoofd en je hart en je ziel laat meespreken, kun je geen mens ter wereld helpen', schreef Elisabeth Kübler-Ross Kinderen moeten we helpen om te leren met vrijheid om te gaan. We moeten ze aanmoedigen blij te zijn met wie en wat ze zijn. De wereld verandert voortdurend. Daarop moeten ze zijn toegerust. Dat is de uitdaging voor de leraar. Ons onderwijs doodt creativiteit van kinderen. Het leert hen kritiekloos te luisteren en dat leren niets anders is dan kennis verwerven en dat een opleiding tot doel heeft een baan te vinden. Het stimuleren van verbeeldingskracht en ontvankelijkheid voor anderen, het aanmoedigen van niet gewelddadig gedrag, respect, intuïtie en een gevoel van ontzag en bewondering wordt overgeslagen. Prof. Dr. A.J.M. Vossen zegt daarover: 'Het onderwijs zal de mensheid slechts wezenlijk kunnen dienen, wanneer het de leerlingen gaat helpen, zelf steeds opnieuw nieuwe antwoorden op de voortdurend wisselende vragen te leren vinden, hen helpt zich zelfstandig, creatief en constructief aan de veranderende wereld te leren aanpassen.' Ik heb wat praktijkvoorbeelden van doorgeslagen regelzucht. Het jaar na mijn pensioen, viel een collega langdurig uit. Ik ben daarvoor ingevallen; zes uur per week in het restaurant. Daarvoor moest ik een leerplan indienen wat ik in die veertig weken ging doen. Ik heb een A4-tje volgeschreven en dat onder het kopieerapparaat gelegd. De veertig velletjes aan elkaar geniet en op de administratie ingeleverd. Dat verdween in het archief op de stapel. De school MOET namelijk bewijzen dat dit leerplan bestaat, waar nooit meer iemand naar om zal kijken. Maar o wee, als dat papier niet kan worden overlegd. Dan zijn de rapen gaar. We hebben een hele bureaucratie opgetuigd om dat te controleren. In datzelfde jaar, kwam een verontruste adjunct vragen, waarom ik niet op de uitnodiging voor een functioneringsgesprek op was komen dagen. Mijn lesuren vielen buiten de reguliere uren van de school. Dat functioneringsgesprek moest gaan over mijn toekomst! Ik ben niet op zijn uitnodiging ingegaan. Alweer iets omdat het MOET. Er zijn 130 excellente scholen in Nederland. Onze school stond al in een goed blaadje voordat excellente scholen bestonden. Gewoon door een goed team en hart voor de leerlingen. Je wilt als school uiteraard goed bekend staan en de enige maatstaf daarvoor nu, is het aantal geslaagde leerlingen. In de examencommissie wordt, aan de hand van informatie door docenten, bepaald of leerlingen nog een half puntje erbij krijgen om voor een diploma in aanmerking te komen. De praktijk heeft uitgewezen dat er vele manieren zijn om aan die eisen te voldoen. Tussen alle regels door heb ik vijfentwintig jaar de baan van mijn leven mogen uitdragen. Ik heb veel leerlingen – intussen zelf al ouders of grootouders – die via Facebook hun waardering hebben uitgesproken. Ik heb gewoon gedaan zoals ik me voelde. Het heeft me een gelukkig mens gemaakt. Hoeveel waarde heb ik honderden leerlingen mee kunnen geven, waar ze in hun levens iets mee konden doen. Ondanks dit negatieve beleid zijn er nog steeds docenten die met hart en ziel voor de kinderen staan. Laten we ze koesteren en een nieuwe weg inslaan. 'Als het doel van leren is, om te slagen voor een test, zijn we het zicht verloren voor de werkelijke reden.' Jeannie Fulbright Kees van den Brink Oud docent van T.S. De Boulevard in Arnhem